Navigatie
Dit menu beschrijft de navigatie-instellingen.
Scherm
Dit menu wordt gebruikt om de omgevingsinstellingen van het display te veranderen.
- Druk op [SETUP] > [Navigatie] > [Scherm].
|
- Selecteer de gewenste items.
- [Voertuigsnelheid]: Stelt in om de snelheid van het voertuig weer te geven. Bij sommige modellen van de voertuigen wordt de snelheid op de GPS afgebeeld en deze kan verschillen van de snelheid op het instrumentenpaneel.
- [Verkeersinfo]: Schakelt de verkeersinformatie op de kaart in of uit.
- [Kleur voor verkeer op de route]: Vink aan of verwijder het vinkje om verkeersproblemen op de route in een speciale kleur op de kaart weer te geven of te verbergen.
- [POI's in de buurt]: Selecteert de POI-gegevens om op de kaart weer te geven.
Begeleiding
Dit menu wordt gebruikt om de begeleidingsinstellingen te wijzigen.
- Druk op [SETUP] > [Navigatie] > [Begeleiding].
|
- Selecteer de gewenste items.
- [Gedetailleerde navigatiebegeleiding]
- [Gedetailleerde weergave route]: Stelt in of de gedetailleerde begeleidingsweergave moet weergegeven worden of niet.
- [Maximumsnelheid weergeven]: Stelt in of de snelheidsbeperking moet weergegeven worden of niet.
- [Afstandseenheid]: Stelt de afstandseenheid in.
- [Routebegeleiding weergeven bovenaan het scherm]: Stelt in of de begeleidingsgegevens bovenaan het scherm moeten weergegeven worden of niet.
- [Afstandstype instellen]: Stelt de methode voor het weergeven van de afstand op de begeleidingspositie in op [Intervalafstand] of [Cumulatieve afstand].
- [Spraakaanwijzingen voor navigatie]
- [Spraaknavigatie dempen nabij bestemming]: Stelt in op de gesproken begeleiding te dempen wanneer de bestemming bijna bereikt is, als de locatie eerder werd geregistreerd als een van de [Opgeslagen plaatsen].
- [Info grensovergang]: Schakelt het weergeven van grensinformatie in of uit.
- [Routeoverzicht weergeven bij stilstand]: Stelt het route-overzicht in dat moet weergegeven worden terwijl u stopt.
- [Instellingen vorige bestemmingen]
- [Vorige bestemmingen opslaan]: Selecteert om automatisch een locatie in vorige bestemmingen op te slaan.
- [Tijdstempel opslaan in vorige bestemmingen]: Stelt in om de tijd die gebruikt werd voor de vorige bestemmingen op te slaan.
- [Vorige bestemmingen weergeven bij start]: Selecteert om de vorige bestemmingen te tonen nadat de navigatie opgestart is.
- [Aanbevolen bestemmingen]: Stelt in of de aanbevolen bestemming wordt weergegeven.
Waarschuwing (Indien van toepassing)
Dit menu wordt gebruikt om de instellingen van de camerawaarschuwing te veranderen. Deze functie is enkel beschikbaar als UVO geactiveerd is.
- Druk op [SETUP] > [Navigatie] > [Waarschuw.].
|
- Selecteer de gewenste items.
- [Waarschuwing flitsmelding]: Stelt de afstand voor de camerawaarschuwing in.
- [Instellingen flitsmeldingen]: Past de instellingen van de camerawaarschuwing aan.
- [Afstand melding afhankelijk van maximumsnelheid]: Stelt de waarschuwingsafstand in overeenkomstig de snelheidslimiet.
- [Tijdstip flitsmelding (algemeen)]: Stelt de waarschuwingsafstand op normale wegen in.
- [Tijdstip flitsmelding (snelweg)]: Stelt de waarschuwingsafstand op de snelweg in.
Kaart
Dit menu wordt gebruikt om de kaartinstellingen te wijzigen.
- Druk op [SETUP] > [Navigatie] > [Kaart].
|
- Selecteer de gewenste items.
- [Kaartmodus]: Stelt het type van kaart in.
- [Weergave]: Stelt de weergavestijl van de kaart in.
- [3D-gebouwen]: Stelt in of 3D-gebouwen wel of niet worden weergegeven in de 3D-kaartweergave.
- [Autozoom]: Stelt in of de schaal automatisch wordt aangepast.
- [Kaartkleur]: Stelt de kaartkleur in.
- [Vehicle symbol]: Stelt de type van voertuigsymbool in.
- [Autozoom-instellingen]: Stelt in dat de kaartschaal automatisch wordt aangepast op basis van de snelheid van het voertuig.
Automatisch navigatie (Indien van toepassing)
- Druk op [SETUP] > [Navigatie] > [Automat. navigatie].
|
- Selecteer het gewenste item.
- [Automatisch terugkeren na scrollen]: Keert automatisch terug naar de voertuigpositie op de kaart na scrollen.
- [Terug naar kaart]: Na de geselecteerde tijd schakelt het systeem automatisch over van radio/media naar het navigatiescherm met de kaart, als er een route actief is.
- [Mijn gegevens]: Opgeslagen adressen/vorige bestemmingen kunnen worden uitgewisseld tussen compatibele voertuigen door middel van een USB-apparaat.
- [Importeer opgeslagen plaatsen/vorige bestemmingen van USB]: Deze functie wordt gebruikt om het adresboek te importeren van het USB-apparaat naar het navigatiesysteem.
- [Exporteer opgeslagen plaatsen/vorige bestemmingen naar USB]: Deze functie wordt gebruikt om het adresboek te exporteren van het navigatiesysteem naar het USB-apparaat.
- [Satellietstatus]: Geeft de satellietstatus weer.
- [Traceren]: Geeft de lokalisering weer.
- [Tracering resetten]: Resets de lokalisering.
,Opmerking |
|