Airco
Druk op [] > [Airco]. De schermen die getoond worden in deze handleiding kunnen anders zijn dan de werkelijke schermen van het product.
Type A
|
1
Gaat naar het vorige scherm.
2
Verhuist naar het Home scherm.
3 Menu
Geeft het menu [Airco] weer.
4 Huidige tijd
Gaat naar het scherm [Datum/tijd].
5 Ventilatorniveau
Toont het ingestelde ventilatorniveau
6 A/C
Als de A/C actief is, wordt de air conditioner bediend voor de afkoeling van het voertuig.
7 Ventilatorrichting
Toont de ingestelde ventilatorrichting.
8 AUTO (Indien ermee uitgerust)
Als de AUTO actief is, worden het ventilatorniveau en de koeling/verwarming automatisch bediend volgens de ingestelde temperatuur.
9 Temperatuur
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
Type B
|
1
Gaat naar het vorige scherm.
2
Verhuist naar het Home scherm.
3 Menu
Geeft het menu [Airco] weer.
4 Huidige tijd
Gaat naar het scherm [Datum/tijd].
5 Temperatuur (Passagier)
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
6 SYNC
Als de [SYNC] actief is, worden de zetel van de passagier vooraan en de zetel van de bestuurder gesynchroniseerd.
7 Ventilatorrichting
Toont de ingestelde ventilatorrichting.
8 A/C
Als de A/C actief is, wordt de air conditioner bediend voor de afkoeling van het voertuig.
9 Ventilatorniveau (Passagier)
Toont het ingestelde ventilatorniveau
10 AUTO (Indien ermee uitgerust)
Als de AUTO actief is, worden het ventilatorniveau en de koeling/verwarming automatisch bediend volgens de ingestelde temperatuur.
11 Temperatuur (Bestuurder)
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
Type C
|
1
Gaat naar het vorige scherm.
2
Verhuist naar het Home scherm.
3 Menu
Geeft het menu [Airco] weer.
4 Huidige tijd
Gaat naar het scherm [Datum/tijd].
5 Ventilatorrichting en niveau
Toont de ingestelde ventilatorrichting en niveau.
6 SYNC
Als de [SYNC] actief is, worden de zetel van de passagier vooraan en de zetel van de bestuurder gesynchroniseerd.
7 Temperatuur (Achterzijde)
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
8 Temperatuur (Voorzijde)
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
9 A/C
Als de A/C actief is, wordt de air conditioner bediend voor de afkoeling van het voertuig.
10 Ventilatorrichting en niveau (Voorzijde)
Toont de ingestelde ventilatorrichting en niveau.
11 AUTO (Indien ermee uitgerust)
Als de AUTO actief is, worden het ventilatorniveau en de koeling/verwarming automatisch bediend volgens de ingestelde temperatuur.
12 Temperatuur (Bestuurder)
Geeft de ingestelde temperatuur weer.
Airco achter
Druk op [] > [Airco achter]. De schermen die getoond worden in deze handleiding kunnen anders zijn dan de werkelijke schermen van het product.
|
1
Gaat naar het vorige scherm.
2
Verhuist naar het Home scherm.
3 Menu
Geeft het menu [Airco achter] weer.
4 Vergrendel regeling
Vergrendelt de huidige instelling
5 Huidige tijd
Gaat naar het scherm [Datum/tijd].
6 Ventilatorniveau
Toont het ingestelde ventilatorniveau
7 AAN/UIT
Schakelt het klimaattoestel achter aan/uit.
8 Ventilatorrichting
Toont de ingestelde ventilatorrichting.
9 AUTO (Indien ermee uitgerust)
Als de AUTO actief is, worden het ventilatorniveau en de koeling/verwarming automatisch bediend volgens de ingestelde temperatuur.
10 Ingestelde temperatuur achterbank
Geeft de temperatuur van de achterbank weer.