Gen5W Navigatie Standaardklasse
Referentie

Voordat u denkt dat het product defect is

De huidige positie van de auto zoals getoond op de navigatie kan onder de volgende omstandigheden verschillen van de werkelijke positie.
  • Wanneer u op Y-vormige wegen rijdt met smalle bochten, wordt de huidige positie mogelijk in tegenovergestelde richting weergegeven.

  • In de straten van een stad, wordt de huidige positie mogelijk weergegeven aan de andere kant of naast de weg.

  • Bij het veranderen van het zoomniveau van maximaal naar een ander niveau, wordt de huidige positie mogelijk op een andere weg weergegeven.

  • Als het voertuig op een veerboot of een transportvoertuig geladen wordt, blijft de huidige positie mogelijk staan op de laatste positie voordat de auto geladen werd.

  • Tijdens het rijden op een spiraalvormige weg.

  • Tijdens het rijden in bergachtige omgevingen met scherpe bochten of plots remmen.

  • Bij het ingaan van een weg na door een ondergronds parkeerterrein, parkeergarage of wegen met veel bochten te zijn gegaan.

  • Bij het rijden in druk verkeer met frequent stilstaan en optrekken.

  • Bij het rijden in gladde omstandigheden, zoals zwaar zand, sneeuw, enz.

  • Wanneer de banden recent vervangen zijn (Vooral bij gebruik van een reserveband of banden zonder profiel).

  • Bij het gebruik van banden van een onjuiste maat.

  • Wanneer de druk van de 4 banden verschillend is.

  • Wanneer de reserveband versleten is (Vooral banden zonder profiel die al vaker gebruikt zijn).

  • Bij het rijden in de buurt van hoge gebouwen.

  • Wanneer een imperiaal gemonteerd is.

  • Wanneer een lange afstandsroute berekend is terwijl u op een snelweg rijdt; in deze omstandigheden zal het doorrijden het systeem automatisch in staat stellen de kaart te matchen of bijgewerkte GNSS-informatie te gebruiken om de huidige positie te geven. (Hiervoor kunnen tot enkele minuten benodigd zijn.)

Het is mogelijk dat de begeleiding van de route niet juist is vanwege zoekomstandigheden of de positie tijdens het rijden. De volgende toestanden zijn geen storingen:
  • Begeleiding om rechtdoor te gaan wordt gegeven terwijl u op een rechte weg rijdt.

  • Het is mogelijk dat er geen begeleiding gegeven wordt, zelfs als u een kruispunt opdraait.

  • Bij sommige kruisingen wordt er mogelijk geen begeleiding gegeven.

  • Een routebegeleiding met de vraag om te keren, wordt mogelijk gegeven op plaatsen waar u niet mag keren.

  • Routebegeleiding om een verboden toegangszone in te gaan kan mogelijk gegeven worden (Verboden toegangszone, wegwerkzaamheden, enz.)

  • Begeleiding wordt mogelijk gegeven naar een positie die niet de werkelijke bestemming is als wegen om de werkelijke bestemming te bereiken niet bestaan of te smal zijn.

  • Verkeerde spraakbegeleiding kan worden gegeven wanneer het voertuig afwijkt van de aangewezen route. (bijv. als u een bocht omgaat op een kruispunt terwijl de navigatiebegeleiding aangeeft dat u rechtdoor moet gaan.)

  • Er kan mogelijk begeleiding gegeven worden naar een positie anders dan de huidige positie wanneer u draait bij een kruising.

  • Bij het rijden tegen hoge snelheid kan de herberekening van de route langer duren.

  • Een routebegeleiding om om te keren wordt mogelijk gegeven op plaatsen waar u niet mag keren.

  • Aanwijzingen dat u in een zone rijdt waar dat verboden is kunnen voorkomen. (Verboden zone, weg in herstelling, enz.)

  • Begeleiding wordt mogelijk gegeven naar een positie die niet de werkelijke bestemming is, als wegen om de werkelijke bestemming te bereiken niet bestaan of te smal zijn.

  • Een foutieve spraakbegeleiding kan mogelijk gegeven worden als het voertuig van de aangegeven route afwijkt (bijv. als er gedraaid wordt op een kruising terwijl de gegeven navigatie aangeeft rechtdoor te gaan).

Deze situaties kunnen optreden nadat een routeberekening gemaakt is. De volgende toestanden zijn geen storingen:
  1. Fouten die optreden tijdens de werking of installatie van het apparaat kunnen onterecht als een storing van het apparaat worden gezien.

  2. Als u problemen heeft met het apparaat, probeer dan de hieronder vermelde suggesties.

  3. Als de problemen blijven bestaan, neem dan contact op met uw erkende Kia dealer.

Probleem: Er zijn kleine rode, blauwe of groene puntjes op het scherm.

Mogelijke Oorzaak:Omdat de LCD gemaakt is met een technologie die hoge dichtheid vereist, kan er een pixel- of lichtoneffenheid optreden binnen 0,01% van het totaal aantal pixels.

Probleem: Er is geen beeld of geen geluid.

Mogelijke Oorzaak:

  • Is de Schakelaar voor het voertuig op ACC of ON gezet?

  • Is het SYSTEEM uitgeschakeld?

Probleem:Het scherm wordt weergegeven maar er is geen geluid.

Mogelijke Oorzaak:

  • Is het volume op een laag niveau gezet?

  • Is het volume gedempt?

Probleem: Wanneer het apparaat aangezet wordt, zijn de hoeken van het scherm donker.

Mogelijke Oorzaak:

  • Het is normaal dat LCD-panelen na een langere periode van gebruik wat donkerder zijn. Dit is geen storing.

  • Als het scherm erg donker is neemt u contact op met uw dealer voor hulp.

Probleem: Het geluid komt maar uit één luidspreker.

Mogelijke Oorzaak:Zijn de posities van Fader of Balans aangepast naar slechts één kant?

Probleem: Het externe apparaat werkt niet.

Mogelijke Oorzaak:Is het externe apparaat verbonden met een standaard verbindingskabel?

Probleem: Wanneer het contact wordt ingeschakeld, wordt de meest recente modus van het scherm niet weergegeven.

Mogelijke Oorzaak:

  • Binnen modi die bestanden afspelen door externe bronnen te lezen, zoals discs, USB, of Bluetooth® streaming modus, kan het zijn dat het scherm van de meest recent afgespeelde modus voor het uitzetten van het contact niet goed laadt.

  • Als er geen disc of overeenkomstig apparaat aangesloten is, zal de modus voorafgaand aan de meest recente modus afgespeeld worden.

  • Als de voorafgaande modus nog steeds niet juist gespeeld kan worden, zal de modus die daaraan vooraf ging werken.